Waardevolle verhalen

Het oplossen van onderlinge problemen in de buurt is broodnodig voor de sociale samenhang. Dat weet Jan Bert als geen ander, hij is al meer dan tien jaar actief als buurtbemiddelaar bij M.O.S. Samen met een team van inmiddels negen andere bemiddelaars, is hij een luisterend oor voor buurtbewoners en vormt hij een brug tussen buren die niet over hun verschillen heen kunnen komen.

Gemeente Smallingerland is er in 2008 mee begonnen: de buurtbemiddeling, uitgevoerd door M.O.S.
Vrijwilligers zetten zich als buurtbemiddelaars in voor de sociale samenhang in de buurten van Smallingerland en het effect is onmiskenbaar. Jan Bert was er al bij vanaf het begin. “Buurtbemiddeling heeft een paar belangrijke doelstellingen,” legt hij uit. “Allereerst verbetert het de sociale samenhang van de buurt. Als er geen onderliggende ergernissen spelen, dan heeft de buurt meer positief contact met elkaar en staan buren vaker voor elkaar klaar. Maar ook de leefbaarheid, veiligheid en sfeer wordt beter als iedereen in de buurt goed met elkaar kan opschieten.” Hoe Jan Bert en de andere buurtbemiddelaars dit bereiken? Daar zit een stukje kennis en een stukje gevoel in. Een deel van de buurtbemiddelaars is opgeleid tot mediator, anderen volgden studiedagen. Het team komt regelmatig samen om bijgepraat te worden door deskundigen en wordt aangestuurd door een coördinator vanuit M.O.S. “De coördinator krijgt de vragen binnen en kijkt of ze passen bij ons werk. Daarna stuurt de coördinator de vraag door naar de buurtbemiddelaars en dan wordt die opgepakt,” vertelt Jan Bert.

Mensen vragen mij soms wel, wat vind je er dan van? Dan zeg ik, ik vind er helemaal niets van. Het is niet mijn taak om ergens wat van te vinden.

Het is wel erg belangrijk dat de buurtbemiddelaars geduld hebben, goed luisteren naar de bewoners en oprechte aandacht aan ze besteden. Dan pas kom je écht verder. “Als we contact hebben gelegd, maken we een afspraak om langs te komen,” legt Jan Bert uit, “meestal doen we dat op een avond, dan zijn de meeste mensen thuis, na het werk.” Jan Bert en zijn collega – de buurtbemiddelaars werken altijd in tweetallen – luisteren eerst naar het verhaal van de ene buurtbewoner: “Als buurtbemiddelaar moet je geen suggesties doen. Wij zijn er in eerste instantie alleen voor om te luisteren. Mensen vragen mij soms wel, wat vind je er dan van? Dan zeg ik, ik vind er helemaal niets van. Het is niet mijn taak om ergens wat van te vinden.”


Na zo’n gesprek met de ene buurtbewoner gaan ze, vaak dezelfde avond nog, naar de buurtbewoner met wie er een conflict is. “Mijn collega en ik lopen dan eerst samen nog even een ommetje om te bespreken hoe we het één en ander gaan aanpakken en dan bellen we aan en vragen we of we even binnen mogen komen. De meeste mensen zijn wel verbaasd, omdat ze vaak niet weten dat hun buurman of buurvrouw ons gebeld heeft. Vaak weten ze niet eens dat ze de buren tot last zijn,” vertelt Jan Bert.

Vaak is zo’n gesprek de eerste keer dat ze op een normale manier, zonder ruzie, met elkaar spreken. En dat levert begrip op.

Jan Bert en zijn collega luisteren naar beide kanten van het verhaal. Als het kan, plannen ze een ontmoeting op neutraal terrein, vaak in een wijk- of buurthuis. “Daar gaan we met z’n allen aan tafel. Eerst mag de ene buurtbewoner zeggen wat hem dwarszit, dan de andere. Wij zitten daar bij, maar proberen zoveel mogelijk op de achtergrond te blijven.” Jan Bert en zijn collega luisteren, ondersteunen tijdens het gesprek en zorgen ervoor dat er naar elkaar geluisterd wordt, maar doen zelf geen uitspraak. “Het is ongelofelijk, hoe snel en hoe goed buurtbewoners vaak zelf met een oplossing kunnen komen,” vertelt Jan Bert, “vaak is zo’n gesprek de eerste keer dat ze op een normale manier, zonder ruzie, met elkaar spreken. En dat levert begrip op. Ik merk vaak dat buren helemaal geen ruzie met elkaar willen maken, maar niet van elkaar weten waar de ander mee zit. Mensen zijn echt wel bereid om met elkaar problemen op te lossen.”

Het is belangrijk voor buurtbewoners om contact met elkaar hebben, vertelt Jan Bert, maar ook weer niet teveel: “Je hoeft de deur niet plat te lopen, maar een praatje maken en af en toe bij elkaar wat eten, dat is goed voor de sfeer. Daarmee voorkom je problemen, omdat je irritaties veel vaker bespreekt als je een goede band hebt met elkaar.”